Oost krijgt als eerste hondenpoepgroepje

In Aalsmeer-Oost is op het wijkoverleg een hondenpoepoverlastgroepje geformeerd dat gaat kijken hoe de overlast te verminderen is. Het is de eerste werkgroep in Aalsmeer die de schone taak op zich neemt.

Initiatiefnemer is Brenda van den Herik. In een uitpuilende entreeruimte van De Mikado wist ze vorige week maandag met haar oproep vier anderen te inspireren in te haken. “Brainstormen over acties waarmee we wat aan de overlast kunnen doen,” noemde ze zelf als eerste opgave voor de groep.

Grote ergernis
Sinds een jaar heeft de bewoonster van Nieuw-Oosteinde zelf een hond. “Het valt me op dat er veel hondeneigenaren zijn die de poep niet opruimen. Daar erger ik me dood aan. Als ik ze erop aanspreek, krijg ik vaak een negatieve reactie,” vertelde Van den Herik.

Ze wilde graag zelf de (mede)verantwoordelijkheid op zich nemen, zonder afhankelijk te zijn van de gemeente. “Ik wil hondeneigenaren en ook niet-eigenaren mobiliseren om erover na te denken en iets te gaan doen. Wie wil er helpen? Ook mensen die de kar kunnen trekken, want dat kan ik niet.”

Gedeelde ervaringen
Om haar medewijkbewoners een idee te geven, kwam Van den Herik met enkele suggesties. Zoals een keer per maand of per twee maanden een opruimactie in de wijk. Of “pluimbrieven” geven aan mensen die de poep netjes opruimen en “wensbrieven” aan wie dat nalaten. Voor uit te delen plastic opruimzakjes zijn volgens haar makkelijk sponsors te vinden.

Dat zijn voorbeelden van een praktische invulling waar de groep het in zijn eigen overleg over kan hebben, lichtte welzijnswerker Frans Huijbregts toe. Op zijn vraag wie “ook de overlastproblemen ervaart”, kwamen diverse reacties los.

Heft in eigen hand
Een van de bewoners “zou het leuk vinden als er boetes worden uitgedeeld” aan mensen die het vertikken drollen mee te nemen. “Boetes uitdelen heb ik nog nooit meegemaakt,” vermeldde hij erbij. Volgens Huijbregts moeten buurtbewoners echter het heft in eigen hand nemen. “Je kunt wel op de gemeente wachten, maar als die niets doet, gebeurt er niets. Je zult met elkaar moeten kijken wat je zelf, los van de gemeente, kunt doen om de overlast te verminderen.”

Een ander leek het zinvol op een blinde muur bij een overlastplek een “milieuvriendelijk bord” te plaatsen met de tekst 'Houd uw omgeving schoon'. Huijbregts: “Vindt u het leuk als wij samen zo'n bord maken?” Ja, luidde de reactie van de bewoner. Wijkbewoners helpen is zijn taak als gemeentelijk welzijnswerker, legde Huijbregts uit. Vandaar.

Meer voorzieningen
Daags na het wijkoverleg verspreidde de gemeente een persbericht over de voortgang van het nieuwe hondenbeleid, dat dit voorjaar gestalte moet krijgen. Doel ervan is een “prettige en schone leefomgeving” te scheppen voor zowel hondenbezitters als niet-hondenbezitters. “Het is echter duidelijk dat we als gemeente niet in ons eentje de overlast kunnen terugdringen. We doen daarom een beroep op het verantwoordelijkheidsgevoel van alle betrokkenen,” zegt wethouder Gertjan van der Hoeven daarin, Huijbregts woorden onderstrepend.

De gemeente gaat de voorzieningen voor hondenbezitters uitbreiden. Er komen meer hondenpoepafvalbakken en meer uitlaatvelden. Aan de andere kant zal de gemeente “verscherpt toezicht” gaan houden op het naleven van de regels.

Wanneer de gemeenteraad het plan heeft goedgekeurd, start er een voorlichtingscampagne en krijgen hondenbezitters de nieuwe spelregels toegestuurd. Maar eerst komt er “in maart” een tweede informatiebijeenkomst (de eerste was in november), waar geïnteresseerden hun zegje kunnen doen over de voorgestelde uitlaatplekken en afvalbaklocaties.

Smerig
“Ben blij met de reacties,” twitterde Brenda van den Herik na het wijkoverleg. Enkele dagen later was ze even minder blij. Ze plaatste een foto van een achtergelaten verse hondendrol op Twitter en verzuchtte: “De bak staat ernaast en toch ruimen ze niet op. Wat zijn sommige mensen toch smerig.”

Op de foto boven in De Mikado doet Brenda van den Herik haar oproep aan wijkbewoners om mee te doen in een hondenpoepwerkgroepje (foto Jaap Maars); de twee andere beelden spreken voor zich (foto's Arjen Vos)